Optimaliseren productie van ambachtelijke ciderbereiding en regionale verkoop

Bij IESSEL Cider maken Rob le Rutte en Marin van Sprang ciders van oude appel- en perenrassen uit de hoogstamboomgaarden langs de IJssel. In 2020 konden zij met hulp van LEADER-subsidie twee machines kopen, de diversiteit aan producten verder ontwikkelen en de marketing verbeteren. IESSEL Cider is gehuisvest in het idyllisch gelegen Klooster Nieuw Sion in Diepenveen.
 

Vergroot afbeelding Rob le Rutte meet het suikergehalte in het sap
Rob le Rutte van IESSEL Cider in Overijssel meet het suikergehalte in het sap. Dat is een indicatie voor het te verwachten alcoholpercentage van de cider.

Optimaliseren productie van ambachtelijke ciderbereiding en verkoop

In 2020 startte met POP-geld in de provincie Overijssel het LEADER-project ‘Optimaliseren productie van ambachtelijke ciderbereiding en regionale verkoop’. Looptijd: 2 jaar. Doelen:

  • Het optimaliseren van het productieproces van IESSEL Cider.
  • Een kwalitatief betere verwerking van het fruit en de ontwikkeling van meer diverse producten.
  • Het professionaliseren van de marketing gericht op de regio.

Eind negentiende eeuw kenmerkte het Overijsselse gebied rondom de IJssel zich door boerderijen met akkers en weilanden. In de wei stonden hoge fruitbomen, waaronder het vee kon grazen. In de jaren zestig van de vorige eeuw intensiveerde de landbouw. Boeren stapten over op alleen veeteelt, omdat dat financieel meer voordeel opleverde. Slechts een enkeling specialiseerde zich als fruitteler. Veel hoogstamboomgaarden verdwenen uit de IJsselvallei, en met de bomen ook de traditionele fruitrassen. 

Fruitbomen horen in de IJsselvallei

Landschapsbeheer Nederland trok eind twintigste eeuw aan de bel: “Als we nu niets doen, verdwijnt de hoogstamboomgaard helemaal.” Met acties als ‘Houd de bongerd hoog’, het instellen van zogenoemde ‘hoogstambrigades’, aanplantsubsidies voor particulieren en scholing gericht op snoeien, keerde de karakteristieke hoogstamboomgaard langs de IJssel terug in het landschap. De meeste boomgaarden zijn nu in bezit van bewoners in het buitengebied.

Van hoogstambrigade tot sap-pers

Le Rutte is al jaren coördinator van de hoogstambrigade in Deventer. In de winter helpen de vrijwilligers van de brigade met het snoeien van de fruitbomen bij de particuliere bezitters. Maar wat doe je met het fruit dat de bomen in september en oktober geven? Le Rutte: “Het is leuk voor een appeltaart of appelmoes, maar grotere hoeveelheden fruit kun je op die manier niet kwijt.” Le Rutte ontdekte in het Duitse Kassel een mobiele sap-pers.

Tijdens een symposium over de toekomst van de hoogstamboomgaard in de herfst van 2005 werd gekeken of er interesse was in zo’n pers. Particuliere eigenaars van hoogstamfruitbomen konden hun appels en peren brengen en laten persen. De pers bleek een succes: op die eerste dag werd er 7 ton fruit geperst! Een machinebouwer uit de buurt heeft vervolgens zelf een ‘sap-mobiel’ gebouwd. Nederland kent inmiddels vijftien mobiele sap-persmachines, waarvan er drie in de IJsselvallei staan.

Experimenteren in kippenschuur

In 2007 werd de Stichting IJsselboomgaarden opgericht. Het doel is om het duurzaam behouden van hoogstamfruitboomgaarden in de IJsselstreek door eigenaren en beheerders met kennis en ervaring te ondersteunen. Daar werd het idee geboren om het fruit ook te verwerken tot cider. “Het startte met experimenteren in een kippenschuur,” herinnert Le Rutte zich. Daarna werkte de stichting van 2012 tot 2015 samen met de wetenschapswinkel van de Wageningen UR verder aan het plan.

Inmiddels is het idee uitgegroeid tot het bedrijf IESSEL Cider. Het fruit wordt verwerkt en het sap vergist, de gebottelde cider is voorzien van subtiele etiketten en regionale afzetkanalen zijn gevonden. In de herfst kunnen particuliere bezitters van hoogstamboomgaarden hun fruit brengen. Voor elke 10 kilo appels en peren – goed voor 6 liter cider – ontvangt een fruitdonateur die dat wil een halveliterfles cider. De rest wordt verkocht, vooral aan winkels met streekproducten. In 2019 werd 3.500 liter cider gemaakt; in 2020 7.500 liter.

LEADER-subsidie

Le Rutte en zijn compagnon willen het concept graag verder professionaliseren. In 2020 hebben zij daarvoor een LEADER-subsidie ontvangen. Hiermee kochten zij een efficiëntere pers en een machine die het wassen en schredderen van het fruit combineert. Ook ontvingen zij subsidie voor productontwikkeling. Naast de bestaande ciders, zijn er nu onder meer een ijscider – dat is een Canadese uitvinding – en een appelport. Tot slot is de marketing onder de loep genomen en hopen de mannen nieuwe afzetpunten te vinden.

Naast een financiële stimulans heeft de LEADER-subsidie volgens Le Rutte ervoor gezorgd “dat je goed nadenkt over wat je écht wilt bereiken.” De Lokale Actiegroep (LAG) is een belangrijke supporter geweest in het hele traject. In september wordt de nieuwe pers uitgepakt. Dan start het proefdraaien. “Zonder subsidie was het niet gelukt.”